Twee woonhuizen op de Amsteldijk bij de Govert Flinckstraat. Ze zijn gebouwd door de bouwondernemer H.D. Kramer, die ook nummer 13 en nummers 14-15 bouwde. Ook de buurpanden in de Govert Flinckstraat zijn van zijn hand.
In het hoekhuis was tot circa 1885 het kantoor gevestigd van het Hoogheemraadschap Amstelland.
Eerste bewoners van nummer 11:
- Cornelis Anthonie Dreux (Utrecht 1811 - Amsterdam 1878), zijn vrouw Johanna Naseman (Utrecht 1817 - ?) en twee dochters. Toen voormalig deurwaarder Dreux overleed waren de kinderen al het huis uit; de weduwe trok bij een van hen in.
- Andries/Andreas Jacob Schreij (Schoonhoven 1817 - Amsterdam 1899), zijn vrouw Alida Korndörffer (Loosduinen 1831 - ?) en drie kinderen. Schreij staat in het bevolkingsregister genoteerd als kantoorbediende en koopman. Het gezin vertrok in 1878 naar Nieuwer-Amstel (dat toen begon voorbij de Ceintuurbaan).
- Willem Hendrik Johannes Marinus IJske (Zwolle 1819 - ?) en zijn vrouw Maria Cornelia Pronk (Rotterdam 1830 - Vorden 1901). IJske was visiteur, een functie bij de douane. Het paar verhuisde in 1878 naar de Stadhouderskade.
- Nicolaas Jans (Amsterdam 1855 - ?) en Maria Johanna Cornelia Dreux (Utrecht 1852 - ?). Zij was een van de dochters van deurwaarder Dreux; Jans was bediende. Ze kregen hier een zoon en verhuisden al na enkele maanden.
Eerste bewoners nummer 12:
- Edzard Jacob Gelderman (Leiden 1843 - ?), zijn vrouw Angelique Johanna Gerhardina Kuijck (Breda 1846 - Cleve 1895) en hun twee kinderen. Gelderman was luitenant bij de huzaren. Het gezin vertrok in 1877 naar Indië.
- Jacob van Hattem (Lienden 1829), zijn vrouw (Amsterdam 1828) en drie kinderen. Van Hattem was leraar van beroep. Het gezin woonde hier een jaar.