Drie huizen werden afgebroken om plaats te maken voor dit onderkelderde pand met woningen boven een bankkantoor en een winkel. Opdrachtgever was de Amsterdamsche Bank, die hier een bijkantoor vestigde. Voor die bank zou architect B.J. Ouëndag enkele jaren later ook het nieuwe hoofdkantoor aan het Rembrandtplein (mede) ontwerpen. In de kelder kwam een kluis, waarin een ruimte was voor safe-deposit-kluisjes.
Het was het vierde Amsterdamse bijkantoor van de bank, na Sarphatistraat 29-31, Damrak 95-96 en Van Baerlestraat 58.
De winkel kwam in het linker deel, links van de ingang van het bijkantoor. Daar was één breed winkelraam. Dat verdween in 1930 toen de winkelruimte bij de bank werd getrokken. Eerste gebruiker van de winkelruimte was Isaac Bokkie (Amsterdam 1875 - 1934), die hier schoenen verkocht. Zijn winkel was een verkooppunt van Epag-schoenen, die verder verkocht werden in winkels in de Kinkerstraat en Vijzelstraat. Bokkie woonde hier ook.
In een van de bovenwoningen woonde Gerrit Jongeneel (Amsterdam 1892 - 1973), lange tijd directeur van het bijkantoor. De bank bleef hier tot begin jaren 1970, vanaf 1964 als Amro-bank. In 1984 kwam er theater The Bank. In 1990 opende hier Dulac, een van de grand-cafés waarmee Amsterdam in die jaren verrijkt werd. Op de woonverdiepingen kwam in 2010 een hotel. Dulac heeft tot 2015 bestaan.
Haarlemmerstraat 116-120
Er zijn 12 afbeeldingen in de beeldbank van het Stadsarchief die gerelateerd zijn aan dit adres.