1869 -
Makelaarszoon Jacob Nienhuys (Amsterdam 1836 - Bloemendaal 1927) arriveerde in 1863 in Nederlands-Indië met de opdracht er een tabaksplantage te stichten. Hij kreeg de tip om eens op de oostkust van Sumatra te gaan kijken, omdat daar goede kwaliteit tabak vandaan kwam. Daar kreeg Nienhuys van de sultan van de regio Deli toestemming om op vruchtbare vulkanische grond een plantage te beginnen. De eerste pakken Deli-tabak werden in Amsterdam met flinke winst verkocht. Zijn opdrachtgever zag er desondanks geen brood in, zodat Nienhuys op zoek moest naar andere geldschieters om het ontginnen van oerwouden te financieren. Terug in Nederland (1867) sloot hij een partnerschap met de graanhandelaar Peter Wilhelm Janssen (Wangerooge 1821 - Amsterdam 1903). Samen met de Nederlandsche Handel-Maatschappij richtten ze in 1869 de Dêli-Maatschappij op.
Nienhuys had in de beginjaren van de onderneming de leiding in Deli, Janssen leidde de handel in Nederland. Voor het werk op de plantages werden tot in de jaren 1920 tienduizenden zogeheten koelies ingezet: overwegend Chinese contractarbeiders die onder zware omstandigheden tegen een gering loon hun werk deden. De handel in tabak bleek zeer lucratief, Nienhuys en Janssen verdienden er fortuinen mee.
Na de Tweede Wereldoorlog fuseerde het bedrijf met de voormalige concurrent Deli-Batavia Maatschappij en met de Deli-Batavia Rubber Maatschappij (1953). Enkele jaren later werden de plantages en andere bezittingen genationaliseerd door het inmiddels onafhankelijke Indonesië. De maatschappij kreeg daar een schadevergoeding voor. Het bedrijf beperkte zich daarna tot de handel in producten als tabak, thee en rubber. In de jaren 1970 kwam daar de handel in hout bij.
In 1986 werd het bedrijf overgenomen door de Amerikaanse Universal Leaf Tobacco Company. Die splitste het op in een tabakstak en een bedrijf voor de overige producten. De tabaksafdeling heet anno 2023 HTL-DHT, is nog altijd eigendom van ULTC en is gevestigd in Eindhoven. De andere tak werd na een verzelfstandiging in 2006 in 2015 eigendom van investeringsclub HAL. Dat bedrijft legt zich nu volledig toe op hout- en bouwproducten, onder de naam Deli home, en verruilde in 2016 Rotterdam voor Gorinchem.
In Amsterdam zijn nog op verschillende plekken sporen te vinden van de Deli-Maatschappij. Als kantoor diende vanaf 1870 Keizersgracht 690 - naast het woonhuis van Janssen op nummer 688. In 1916 verhuisde het bedrijf naar Herengracht 586, waar het bleef tot de verhuizing naar Rotterdam in 1968. In de Nova-Zemblastraat liet de maatschappij een aantal pakhuizen bouwen: Medan, Bindjeij, Laboean (1895) en Deli, Langkat, Serdang (1904). En Jacob Nienhuys liet in 1888 een stadspaleis aan de Herengracht bouwen, tegenwoordig het kantoor van het NIOD.
Nienhuys en Janssen spendeerden een deel van hun vermogen aan goede doelen. Nienhuys was betrokken bij de Maatschappij voor Volkswoningen (1893), een filantropische instelling die twee blokken bouwde in West. Ook Janssen probeerde iets te doen voor de volkshuisvesting, via de Bouwonderneming Jordaan (1896). Hij liet een hofje bouwen voor onvermogenden, en hij financierde de welzijnsinstelling Ons Huis. Ter nagedachtenis aan zijn werk werd in 1907 een plantsoen aangelegd op het Bellamyplein, met daarin een borstbeeld van Janssen.