Gebouwd voor de metaalgieterij van D.A. Hamburger.
De gieterij en pletterij kwam op de begane grond. Een van de woningen werd betrokken door de koopman David Hamburger (Utrecht 1852 - Amsterdam 1913), zijn vrouw Mietje Oppenheim (Deventer 1852 - Amsterdam 1908) en hun negen kinderen. David verhuisde in 1912 met drie dochters naar de Tesselschadestraat. Hij hanteerde de naam David Abraham Hamburger hoewel in het bevolkingsregister alleen David staat.
De eerste steen werd in juli 1892 gelegd door de toen 15 jaar oude oudste zoon Abraham. Op de inscriptie staat de naam A.D. Hamburger.
David Hamburger woonde eerder op Damrak 78, ook het adres van de Utrechtse firma A.D. Hamburger, het bedrijf van zijn vader. Die "Nederlandsche Lood- en Zinkpletterij" liet in 1900 een bedrijfspand bouwen aan de Amstel. Waarschijnlijk was David Hamburger tot 1893 de Amsterdamse vertegenwoordiger van A.D. Hamburger en begon hij toen voor zichzelf; of was dit een dochteronderneming. In 1904 heette zijn bedrijf "Ned. Lood-, Zink-, Hagel- en Metaalgieterij" en had het een fabriek aan de Looiersgracht. Het kantoor was toen nog hier gevestigd; vanaf 1912 zat het aan de overkant op nummer 124-126. Later kwamen er ook elders fabrieken en nam het bedrijf de naam "NV Zuid-Hollandsche Pletterijen v/h D.A. Hamburger" aan.
De vrouwenbeelden die het balkon steunen, worden in vakkringen kariatiden genoemd. Het woord kariatide betekent zoveel als "priesteres uit Karyae"; Karyae is een oude stad op de Peloponnesos. De mannelijke tegenhangers van de beelden worden atlanten genoemd.
Oudezijds Voorburgwal 131
Er zijn 8 afbeeldingen in de beeldbank van het Stadsarchief die gerelateerd zijn aan dit adres.